Van de Venne: welgesteld burger
Dit zelfportret ontstond kort nadat Van de Venne zich in Middelburg had gevestigd. Deze Zeeuwse hoofdstad was toen welvarend en Adriaen maakte er verfijnde schilderijen voor een rijke klantenkring. Adriaens schilderattributen ontbreken, hij presenteert zich hier als een welgesteld burger. Zijn zelfverzekerde, tikje arrogante blik is tijdloos en kennen we ook van filmsterren en andere beroemdheden.
Het zelfportret is uitzonderlijk gedetailleerd geschilderd met veel details in het gezicht en in het zwarte, luxueuze kostuum. Kwalitatief behoort het kleine paneel (18,2 x 13,3 cm) tot de allerbeste werken uit de beginfase van zijn carrière. Bovendien is het één van de weinige zelfstandige portretten die we van Van de Venne kennen. Het verkeert in een bijna perfecte staat en vormt een belangrijke versterking van de hoogwaardige groep zelfportretten in de collectie van het Mauritshuis, waaronder het late zelfportret van Rembrandt.
De schilder trouwde met een vrouw uit een vooraanstaande Zeeuwse familie, woonde tot 1624/25 in Middelburg, waarna hij naar Den Haag verhuisde waar hij tot zijn dood in 1662 zou wonen.
Het schilderij bevond zich bijna zeventig jaar in Amerikaans particulier bezit en kon worden aangekocht met steun van de BankGiro Loterij, de Vereniging Rembrandt (mede dankzij haar Themafonds 17de-eeuwse schilderkunst) en een particulier.
Wautier: herontdekt
Het langdurige bruikleen betreft De opvoeding van Maria van de Zuid-Nederlandse schilder Michaelina Wautier (1604-1689) uit 1656. Maria, hier nog een meisje, leert lezen van haar oude moeder Anna. Vader Joachim richt zijn ogen naar de hemel, dankbaar dat het echtpaar nog op late leeftijd een kind kreeg. Hoewel het gaat om een historiestuk, heeft het de intimiteit van een familietafereel.
Een historiestuk, een voorstelling gebaseerd op een literaire bron (klassieke mythologie of de Bijbel), werd beschouwd als het hoogst bereikbare voor een schilder. Bloemstillevens en portretten waren 'slechts' een nabootsing van de werkelijkheid, maar historieschilders moesten ook hun fantasie gebruiken om het verhaal zo goed mogelijk te verbeelden. Wellicht heeft Wautier daarom niet alleen gesigneerd met 'fecit' (gemaakt door) maar ook invenit ('bedacht door'), zeer ongewoon voor schilderijen.
Wautier woonde vanaf c. 1642 samen met haar broer in Brussel. Zij waren beiden ongehuwd, beiden actief als schilder en handelaar in vastgoed. Lange tijd werden Wautiers werken aan mannen toegeschreven, maar recent is zij herontdekt. Met dit langdurige bruikleen uit particulier bezit, dat tot stand kwam dankzij bemiddeling van de Hoogsteder Museum Stichting, wil het Mauritshuis het aandeel katholieke onderwerpen versterken, het aantal vrouwelijke kunstenaars in de vaste opstelling vergroten en bovenal laten zien dat menselijke aspecten als zorg, aandacht en opvoeding universele waarden van alle tijden zijn.