5. Vermeer in het licht
Sinds het Meisje met de parel zich in de collectie van het Mauritshuis bevindt, is ze een aantal keer behandeld. Gisteren hebben we haar restauratiegeschiedenis tot aan de jaren zestig gevolgd, en vandaag vertel ik meer over haar meeste recente ‘schoonheidsbehandeling’. (Overigens is restauratie geen onderdeel van het huidige project Meisje in de schijnwerper.)
In aanloop naar de blockbuster Vermeer-tentoonstelling in het Mauritshuis in 1996 werd het Meisje gelijktijdig met Gezicht op Delft gerestaureerd. Het restauratie- en onderzoeksproject heette Vermeer in het licht en vond net als ons huidige project plaats voor het oog van het publiek. De restauratoren werkten in een tijdelijk atelier en bezoekers konden vanaf de straat door een glazen wand en een glasplaat in het plafond over hun schouders meekijken.
Meer dan twintig jaar geleden zagen mijn collega’s er anders uit dan nu, en datzelfde geldt voor het Meisje. Vóór de behandeling ging ze schuil onder gelige vernislagen – waaronder de getinte vernis die in de jaren zestig was aangebracht – en verkleurde retouches. Deze zijn in 1994 voorzichtig verwijderd met een oplosmiddel. Kleine lacunes – waar verf en grondering in de eeuwen ervoor waren losgekomen – werden opgevuld om ze op hetzelfde niveau te brengen als de originele verflaag. Vervolgens werd een isolatievernis aangebracht, werden de beschadigingen geretoucheerd en kreeg het schilderij een laatste laag vernis.
De materialen die de restauratoren in 1994 gebruikten, kunnen in de toekomst gemakkelijk verwijderd worden. Ze gaan langzamer achteruit dan de soorten die vroeger werden toegepast, ook omdat klimaat, licht en temperatuur in het museum zo constant mogelijk worden gehouden. Achteruitgang die natuurlijkerwijs optreedt als het schilderij veroudert – zoals het verbleken van pigmenten in de achtergrond (waar ik later op terugkom) – is iets wat we moeten accepteren. Sommige mensen zien het zelfs als een soort ‘rite de passage’: iets wat hoort bij het verouderingsproces. In de boeken Bewaard voor de eeuwigheid en Vermeer in het licht kunt u meer lezen over restauratie.
De behandeling in 1994 herstelde het schilderij in haar oude glorie, en de restauratoren namen de oorspronkelijke bedoeling van de kunstenaar zoveel mogelijk in acht. Bij het verwijderen van de oude vernis en retouches kwam een detail aan het licht dat minstens een eeuw verborgen was geweest: in de mondhoek van het Meisje kwam een hoogsel tevoorschijn dat bestaat uit twee stipjes roze verf. Maar hoewel het Meisje één hoogsel won, raakte ze er ook een kwijt...
Het meestbesproken losgeraakte stukje is wel het ‘tweede hoogsel’ op de parel in het oor van het Meisje. Tot aan de behandeling in 1994 dacht men dat de parel twee helderwitte lichtaccenten bevatte: een traanvormige bovenaan en een kleintje wat meer naar beneden. Maar... het kleinste van de twee bleek helemaal geen lichtaccent te zijn.
Bekijk hier een fragment uit het tv-programma Het geheim van de meester waarin ik precies uitleg hoe het zit:
In werkelijkheid was het kleinste hoogsel een losgeraakt stukje verf dat per ongeluk ondersteboven op de oorbel terecht was gekomen!
De röntgenopname van het schilderij verraadde dat het ‘tweede hoogsel’ anders was geschilderd dan het eerste. Terwijl het loodwit in het grotere hoogsel op de foto oplichtte, was dat bij het kleine ‘hoogsel’ niet het geval. Dit bewijst eens te meer dat diepgaand materiaaltechnisch onderzoek een cruciaal onderdeel van restauratie is.
Onderzoek
De losgeraakte stukjes verf werden bij de restauratie in 1994 voorzichtig verwijderd en gebruikt voor wetenschappelijke analyse. Sommige stukjes werden geprepareerd als dwarsdoorsnede, andere werden geanalyseerd om de pigmenten, olie en oude restauratiematerialen te identificeren. Ook nu kunnen we deze stukjes nog gebruiken: als onderdeel van het huidige project hebben we ze met geavanceerde analysetechnieken opnieuw onderzocht. Hierbij hebben we fascinerende ontdekkingen gedaan, zoals over de geografische oorsprong van de gebruikte materialen.
Het materiaaltechnisch onderzoek uit de jaren negentig is beschreven in een artikel in Vermeer Studies (1996). Voor ons project Meisje in de schijnwerper bouwen we op deze kennis voort door de monsters opnieuw onder de loep te nemen en gebruik te maken van de nieuwste wetenschappelijke analyses. Deze gegevens vullen we aan met wetenschappelijke imaging technieken uitgevoerd voor de ogen van het publiek. Morgen ga ik dieper in op de hightech apparatuur die we gebruiken.
Referenties
- Groen, Karin M., Van der Werf, Inez D., Van den Berg, Klaas Jan, Boon, Jaap ‘Scientific examination of Vermeer’s Girl with a Pearl Earring,’ In: Vermeer Studies: Studies in the History of Art, edited by Ivan Gaskell and Michiel Jonker, National Gallery of Art, Washington D.C., Yale University Press, New Haven/London, 1998. [online versie]
- Noble, Petria and Epco Runia (2009) Bewaard voor de Eeuwigheid: Conservering, restauratie en materiaaltechnisch onderzoek in het Mauritshuis, Waanders.
- Wadum, Jørgen (1993) Vermeer in het licht: Conservering, restauratie en onderzoek, V+K Publishing/Inmerc, Naarden.
Dankbetuiging
- Restauratoren, behandeling in 1994: Jørgen Wadum en Nicola Costaras, Mauritshuis
- Wetenschappelijk en materiaaltechnisch onderzoek, 1994-96: Karin M. Groen, Inez D. van der Werf, Klaas Jan van den Berg: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, RCE.
- Wetenschappelijk en materiaaltechnisch onderzoek, 1994-96: Jaap Boon: FOM Institute for Atomic and Molecular Phyisics (AMOLF)